Moederdag. Vandaag brengen we een ode aan onze oermoeders uit de Oost; onze oma’s, moeders en tantes die vaak in barre omstandigheden hebben moeten overleven in het koloniale Nederlands-Indië.
Ze werden njai’s genoemd en moesten overleven met een status tussen bediende en geliefde. Eenzame, harde werkers die huishoudster werden genoemd, maar daarnaast als minnares, slavin en moeder van de verwekte kinderen ‘functioneerden’. In de kazernes sliepen ze zelfs onder (!) het bed van hun partner/eigenaar, met de kinderen.
Door zich aan een Europese man te binden, stegen ze in maatschappelijk aanzien, aan het runnen van dit huishouden ontleenden ze hun sociale status en konden soms zelfs een Europese vrouw worden genoemd. Een onzeker bestaan: de man kon zomaar vertrekken, de njai teruggestuurd naar de kampong, zonder haar kinderen.
We zijn dankbaar dat er geschreven wordt over dit vaak nog onderbelichte stuk uit de geschiedenis. We tippen drie boeken:
Portret van een oermoeder – Reggie Baay
De njai: het concubinaat in Nederlands-Indië – Reggie Baay
Lichter dan ik – Dido Michielsen